Next Topic

Previous Topic

Book Contents

Bestandsbron

De pagina Bestandsbron definieert voor de installatie, waar elke computer de uitvoerbare patch-bestanden vandaan krijgt en waarheen deze uitvoerbare patch-bestanden op de lokale computer worden gekopieerd. Locaties bestandsbron omvatten:

  • Het internet
  • De KServer
  • Een bestandshare

Opmerking: Selecteert de optie Bestandshare op hieronder beïnvloedt waar vandaan Backup and Disaster Recovery en Kaseya Endpoint Security worden geïnstalleerd.

Opmerking: Koppelingen voor patch-download met een cab-extensie worden altijd rechtstreeks van het internet gedownload, ongeacht de instelling Bestandsbron.

Weergavedefinities

U kunt de weergave van computer-ID's op elke willekeurige agentpagina filteren door de opties van Computers met configuratie patch-bestandsbron in Definities weergeven te gebruiken.

Toepassen

Klik op Toepassen om de geselecteerde optie voor patch-bron op geselecteerde computer-ID's toe te passen.

Pakketten naar werkende map op lokaal station met de meeste vrije ruimte kopiëren

Patches worden van een bestandshare naar de vaste schijf van de beheerde computer gedownload of gekopieerd. Verschillende patches, voornamelijk servicepakketten, kunnen aanzienlijke extra ruimte op de lokale schijf vereisen om volledig geïnstalleerd te worden. Schakel dit vak in om patches naar de Werkende map te downloaden maar gebruik het station op de beheerde computer met de meeste vrije schijfruimte. Schakel dit vak uit om altijd het station te gebruiken die voor het computer-ID in Werkende map wordt aangegeven.

Pakket na installatie verwijderen (van werkende map)

Het installatiepakket wordt meestal na de installatie verwijder om schijfruimte vrij te maken. Schakel dti vak uit om het pakket voor herstellingsdoeleinden achter te laten. Als de installatie mislukt en u moet de schakelopties Opdrachtregel verifiëren, mag u het pakket niet verwijderen zodat u op iets een test kunt uitvoeren. Het pakket wordt in de Werkende map op het station opgeslagen die in de vorige optie werd aangegeven.

Van internet downloaden

Elke beheerde computer downloadt rechtstreeks van het internet, vanaf de URL die in Patch-locatie wordt aangegeven, het uitvoerbare patch-bestand.

Van systeemserver getrokken

Eerst controleert de KServer om te kijken of er al een kopie van het patch-bestand bestaat. Zo niet, wordt het nieuwe uitvoerbare patch-bestand automatisch gedownload en op de KServer opgeslagen. Daarna wordt het gebruikt voor alle opeenvolgende distributies naar beheerde computers. Als een patch op een beheerde computer moet worden geïnstalleerd, wordt dit patch-bestand vanaf de KServer naar die computer geduwd.

Opmerking: De lokatie voor patch-bestanden die op de KServer is opgeslagen, is <Kaseya installation directory>\WebPages\ManagedFiles\VSAPatchFiles\

Cache wissen

Klik op Cache wissen om alle gedownloade patches te wissen die op de KServer worden opgeslagen.

Met UNC-pad van bestandsserver getrokken

Deze methode wordt aanbevolen als u op dezelfde LAN veel computers ondersteunt.

Patch-bestanden worden naar de lokale map van een geselecteerd computer-ID gedownload. De lokale map op het computer-ID wordt geconfigureerd om met andere computer-ID's op dezelfde LAN te worden gedeeld. Alle andere computer-ID's op dezelfde LAN, gebruiken een UNC-pad naar de gedeelde map op het eerste computer-ID. Alle andere computers op dezelfde LAN vereisen een referntie voor toegang tot de gedeelde map op de eerste computer en om de patch-bestanden te installeren. Een referentie wordt voor de eerste computer met de gedeelde map met Agent > Referentie instellen aangegeven.

Setup

  1. Voer een UNC-pad in het veld Met UNC-pad van bestandserver getrokken in. Bijvoorbeeld, \\computername\sharedname\dir\.
  2. Gebruik de vervolgkeuzelijst Filter computergroep om een groeps-ID te selecteren.
  3. Selecteer van de vervolgkeuzelijst Bestandshare op een computer-ID.
  4. VOer in het veld in lokale map een gedeelde lokale map in.

    Opmerking: De waarde in het veld in lokale map moet in volledige mapindeling zijn. zoalsc:\shareddir\dir.

    Eerst controleert de KServer om te kijken of het patch-bestand al in bestandshare is. Zo niet, laadt het computer-ID met de bestandshar automatisch het patch-bestand rechtstreeks van het internet of van de KServer. In elk geval moet de beheerde computer met de bestandshare een agent erop hebben.

  5. Bestandsserver haalt automatisch patch-bestanden van - Selecteer één van de volgende opties:
    • het internet - Gebruik deze instelling als de beheerde computer die de bestandshare activeert, volledig toegang tot het internet heeft.
    • de systeemserver - Gebruik deze instelling als de beheerde computer die de bestandshare activeert, van toegang tot het internet wordt geblokkeerd.
  6. Download van internet als computer geen verbinding kan maken met de bestandsserver - Schakel dit vak optioneel in om van het internet te downloaden. Dit is vooral nuttig voor laptops die van het bedrijfsnetwerk zijn verwijderd maar internettoegang hebben.

Alles selecteren/alles deselecteren

Klik op de koppeling Alles selecteren om alle rijen op de pagina te selecteren. Klik op de koppeling Alles deselecteren om alle rijen op de pagina te deselecteren.

Check-instatus

Deze pictogrammen geven van elke beheerde computer de check-instatus van de agent weer:

Online maar wacht tot de eerste audit wordt voltooid

Agent online

Agent is online en gebruiker is momenteel aangemeld. Pictogram geeft knopinfo weer die de aanmeldingsnaam weergeeft.

Agent is online en gebruiker is momenteel aangemeld, maar de gebruiker is al 10 minuten niet actief

De agent is momenteel offline

Agent heeft nooit ingecheckt

Agent is online maar de afstandsbediening is uitgeschakeld

Deze agent is uitgesteld

Pictogram Bewerken

Klik op het pictogram bewerken naast een computer-ID om de kopparameters automatisch in te stellen op degene die overeenkomen met de geselecteerde computer-ID.

Computer.Groep ID

De weergegeven lijst met Computer.Groep ID is gebaseerd op het Computer-ID/Groeps-ID filter en op de computergroepen die de gebruiker mag zien met Systeem > Gebruikersbeveiliging > Bereiken.

Patch-bron

Geeft een lijst van de patch-bron die voor elk computer-ID is geselecteerd. In deze kolom wordt een knop Cache wissen weergegeven als voor een computer-ID de optie Met UNC-pad van bestandsserver getrokken wordt geselecteerd. Door op deze knop Cache wissen wist patches van het aangegeven UNC-pad voor de bestandsserver. De knop Cache wissen is niet specifiek voor enig computer. Op die bestandsserver worden voor het aangegeven pad alle opgeslagen patches verwijderd.