Next Topic

Previous Topic

Book Contents

Patch-verwerking

Als u een patch plant doet zich het volgende voor:

  1. De agent op de beheerde computer wordt verteld op het geplande tijdstip de update-procedure te starten.
  2. Het uitvoerbare bestand voor de patch wordt naar de beheerde computer gedownload van de locatie waar de Bestandsbron voor dat computer-ID is ingesteld.
  3. Het patch-bestand wordt met de parameters die in Opdrachtregel wordt aangegeven, op de beheerde computer uitgevoerd. U moet deze schakelopties nooit zelf instellen, maar in elk geval bestaat die mogelijkheid hier wel.
  4. Nadat alle patches zijn geïnstalleerd, wordt de beheerde computer herstart. Wanneer herstart zich voor een computer-ID voordoet, is afhankelijk van de Herstartactie die aan die computer-ID is toegewezen. Is van toepassing op Update computer, Patch-update en Automatische update. Herstart in reactie op een Initiële update die zich altijd onmiddellijk voordoet, zonder de gebruiker te waarschuwen.
  5. De beheerde computer wordt automatisch opnieuw gescand. Het duurt enkele minuten nadat de nieuwe scan is voltooid zodat deze gegevens op de VSA worden weergegeven. Wacht na de herstart enkele minuten voordat u de patch-status controleert.

    Opmerking: Als u op dezelfde computer de installatie van meerdere patches plant, worden alle patches tegelijkertijd geïnstalleerd. Nadat alle patches zijn geïnstalleerd, wordt de computer één keer herstart. Deze technieken besparen tijd en herstartingen.

    Opmerking: Servicespakketten worden altijd afzonderlijk geïnstalleerd. Nasta u een servicepakket met andere patches installeert, ziet u na de installatie van het servicepakket een herstart en daarna één herstart nadat alle andere patches zijn geïnstalleerd.